De Dutch Grand Prix leverde niet alleen spektakel op de baan, maar ook discussies daarbuiten. Isack Hadjar, de jonge coureur van Racing Bulls, reed lange tijd achter Max Verstappen en leek sneller. Toch bleef hij achter zijn landgenoot hangen. Al snel ontstonden theorieën dat Hadjar Verstappen niet mocht inhalen omdat beiden onder de Red Bull-vlag rijden en Verstappen de ster van het hoofdteam is.
Mekies reageert duidelijk
Laurent Mekies, teambaas van Red Bull Racing en eerder van Hadjar bij Racing Bulls, maakte korte metten met die verhalen. “Als het niet was toegestaan, zou het illegaal zijn. Dus ja, hij mocht het doen. Ik herinner u eraan dat we in Boedapest achter de Racing Bulls zijn geëindigd,” zei Mekies, verwijzend naar Verstappens negende plek achter Liam Lawson tijdens de Hongaarse Grand Prix.
Lof voor Hadjar
De Fransman gebruikte de gelegenheid om Hadjar te prijzen voor zijn eerste podiumplaats in de Formule 1. “Voor Isack was het een buitengewone race. Het zat eraan te komen. Hij zette de auto op verdienste op P4 in de kwalificatie en bleef de hele race op een paar seconden van Max. Dit podium kwam niet door geluk, maar door hard werk.”
Jong talent bevestigt verwachtingen
Volgens Mekies bevestigde Hadjar in Zandvoort het beeld dat hij al het hele seizoen schetst: constant, snel en volwassen. “Hij scoort geen podium omdat het toevallig regent of omdat anderen uitvallen. Nee, dit was verdiend. Petje af voor hem én voor Racing Bulls.”
Conclusie
Waar sommigen spraken van een “illegale actie” of verboden teamorders, benadrukte Mekies juist dat Hadjar vrij was om Verstappen aan te vallen. De Fransman draaide de kritiek zelfs om: het was geen teken van beperking, maar een bevestiging van Hadjars groei. In Zandvoort bewees de jonge Fransman dat zijn eerste podium geen toevalstreffer was – en dat er nog veel meer in het vat zit.
Geef een reactie